In de kunsthal van Kunstlinie in Almere is momenteel de tentoonstelling Papertrails te zien, een duo tentoonstelling met monumentale werken op papier van Susanna Inglada (1983) en Bente Wilms (1994).


(r) Bente Wilms, A collection about a story about a spaceman, a pigeon, the beast and the gate guarded by sword legged flowers, olie pastelkrijt, inkt, hout, canvas board en laken, 2022
Hoewel de tentoonstelling heel rustig start met in de voorste ‘Inspiratie’ zaal een documentaire van Amerikaans beeldend kunstenaar Jim Shaw, 1952 (hierover later meer), ga ik aan het einde van de bezichtiging met een heel vol, maar tevreden kop de deur weer uit. Er worden grote installaties getoond, die als decorstuk niet zouden misstaan in een theaterzaal van de Kunstlinie. Twee dimensionale werken aan de muur die samen een verhaal vertellen, rollen getekende papier die aan het plafond zijn bevestigd en als draperie naar beneden hangen. Kunstwerken gemaakt van papier, textiel, hout, houtskool, olie pastelkrijt, inkt, kleurrijk, zwartwit, helemaal vol gekalkt. En een zeer persoonlijke film van Inglada die de tentoonstelling afsluit. De zalen van de Kunstlinie lenen zich uitstekend voor de monumentale werken van deze twee kunstenaressen. De glazen ramen met uitzicht op het Weerwater zorgen voor het licht en het ruimtelijk effect dat deze werken nodig hebben.
Inglada haalt haar inspiratie uit de actualiteit en uit de klassieke kunstgeschiedenis en mythologie. Op haar website lees je dat haar werk machtsverhoudingen, autoriteit, corruptie, medeplichtigheid en genderongelijkheid onderzoekt. Een mooi algemeen statement, die naar mijn gevoel verdwijnt als je naar de werken kijkt, omdat deze meer uit haar eigen levenservaringen lijken te komen dan dat ze gemaakt zijn vanuit een utopisch levensideeal. Te zien zijn verstrengelde figuren die over elkaar lijken te tuimelen of die op een hoop gegooid zijn met de vrouw als krachtige overwinnaar.
My Sabines maakte Inglada naar aanleiding van een groepsverkrachting die in Spanje in 2016 plaatsvond, waarbij de mannen uiteindelijk vrijgesproken zijn. In een scene die veel weg heeft van Picasso’s Guernica, vechten vrouwen om uit handen te komen van hun onderdrukkers. Links en rechts van het centrale werk hangen er twee grote collages van een kluwen mannen die de toeschouwer radeloos en verloren aankijkt. Inglada heeft een theateropleiding gedaan wat goed zichtbaar is door de plaatsing van het werk in de ruimte. Als toeschouwer loop je als het ware naar binnen en word je onderdeel van het decor en het verhaal.
Een ander opmerkelijk werk van Inglada is Last Touch. Het vindt zijn inspiratie in Bernini’s De verkrachting van Proserpina. Waar je bij de aanblik van Bernini’s beeld niet meteen aan een verkrachting denkt, heeft Inglada ervoor gekozen om de expliciete verkrachting als voorstelling te elimineren, maar zich te focussen op de handen van de daders die om zich heen grijpen. Het kunstwerk zelf wordt vergezeld van grote, met houtskool op papier getekende, handen die op verschillende manieren in de ruimte opgehangen zijn en die de impact van Last Touch versterken. Hoewel de daad hier niet wordt getoond, komt de intentie van de kunstenares heel goed over en voel je je als toeschouwer bijna ook betast.

Onder: Last Touch, houtskool op papier 2020 en details Last Touch
Van Inglada zijn in de tentoonstelling ook nog werk in andere media te zien. In een van de laatste zalen is er plaats gemaakt voor een groot Medusa beeld van textiel, maar wat het meest eruit springt is When our lips speak together. Op dit grote textiele doek zijn er twee piramides van mensen zichtbaar. Gekleurde mensfiguren die op elkaar klimmen en over elkaar heen tuimelen. Inglada geeft hier sterk weer hoe trauma wordt doorgegeven van generatie op generatie en zich letterlijk opstapelt, mits er iets aan wordt gedaan.

In Entre tu y yo zien we Inglada op haar persoonlijkst. Ze deelt haar miskraam met het publiek door middel van een animatie. De tekeningen die ze voor deze animatie gebruikt zijn primitief van stijl. Meer heeft ze echter niet nodig om deze boodschap te doen overkomen. Juist het gebruik van deze stijl toont dat het krijgen van een miskraam een eeuwenoude pijn is. Inglada’s werk kenmerkt zich door de matte kleurgebruik, grove lijnen en donkere kleuren. Technisch goed getekende werken met mooie schaduwwerking en nauwelijks abstracte uitstapjes. Geen afleidingsmanoeuvres, maar een duidelijke boodschap.

Het eerste werk dat we zien in de tentoonstelling is A collection about a story.. van Bente Wilms. De neo-expressionistische stijl van Wilms’ installatie versterkt de chaos van vormen en kleuren die je tegemoet komt bij de eerste aanblik van de installatie. Maar algauw verdwijnt de chaos en ontdek je de gelaagdheid van het verhaal. Wilms’ eerste uitgangspunt voor de installatie zijn de twee grotere collages uiterst links en rechts. Ze zoomt in op een bepaald element dat weer onderdeel wordt van een ander stuk van het werk, zodat we uiteindelijk een samenhangend beeld krijgen. Op de website van Bente Wilms lees je dat haar werken bestaan uit betekenisloze beelden die zij ooit heeft opgeslagen. Een beeld van monsters en andere fantasie wezens die je dwingen om alles los te laten en je te verliezen in het werk dat nergens over hoeft te gaan.
In de installatie A thousand burning flowers/ bouncing on the earth: a yellow space hopper lijkt Wilms je om de tuin te willen leiden door gebruik te maken van cartoon characters, grote rollen papier met kleurrijke bloemtekeningen en fantasie figuren die om de installatie heen zijn gezet. Naast deze vrolijkheid is er echter sprake van een dreiging die uit het werk spreekt, zo ook in het echte leven, twee uitersten die naast elkaar bestaan. Het visuele wordt bij Wilms’ werk versterkt door poëtische teksten die dezelfde droomachtige werking hebben als haar voorstellingen.


Van een andere orde zijn Wilms’ zwart witte collages dat haar oorsprong voor later collage werk blijkt te zijn. Terwijl je bij haar gekleurde werk een verhalend aspect kan vinden, overheerst de wanorde in deze zwart-witte collages. Het werk lijkt ‘platter’ te zijn, maar is weliswaar zeer interessant. Ze doen denken aan ‘doodles’, Wilms’ eigen gedachteloze krabbels die ze op papier zet. In werkelijkheid heeft ze van een aantal tekeningen stukken geselecteerd en er collages van gemaakt met als resultaat hele doordachte composities.

Onder details van It’s already dying
Wilms intuïtieve werkwijze is met name voelbaar in een installatie in de ruimte waarbij je omringd wordt door rollen papier terwijl de muziek om je heen galmt. Op een eveneens met tekeningen bewerkte tafel in het midden van deze kleine ruimte liggen een aantal zines: Wilms’ kleine tijdschriften met collages, tekeningen en verhalen. Als kijker wordt je echter afgeleid door de imposante ruimte waardoor deze mini tijdschriften aan het oog onttrokken worden.
De twee kunstenaressen tonen ieder met hetzelfde medium, maar op hun geheel eigen wijze hun standpunten omtrent verscheidene actuele onderwerpen. Hoewel Wilms’ werken ogenschijnlijk fantasierijke afbeeldingen lijken, laat de kunstenares daadwerkelijk zien wat haar bezig houdt, zoals de ontwikkelingen rondom de pandemie en de klimaatproblematiek. Bij Inglada is de actualiteit veel nadrukkelijker aanwezig in haar werk. De kunstwerken krijgen genoeg ruimte in de zalen van Kunstlinie en bijten elkaar niet. Doordat hun stijlen zo eigengereid zijn, raakt de toeschouwer op geen enkele manier in de war. Daarbij laat Kunstlinie een goede actuele tentoonstelling zien.
Bij binnenkomst van de tentoonstellingszaal wordt de kijker geconfronteerd met een documentaire van Jim Shaw. Kunstlinie legt uit dat de Amerikaanse kunstenaar een grote inspiratie is voor beide kunstenaressen en deze documentaire de parallellen tussen beide vrouwen laat zien. Het is aan de toeschouwer om deze documentaire eerst te zien alvorens de tentoonstelling te bezichtigen. Dit is mijn inziens absoluut niet nodig. Hoewel ik begrijp waarom hiervoor gekozen is, zijn de kunstwerken van Inglada en Wilms op zichzelf staande, sterke werken en hebben ze absoluut niet zo een onderbouwing nodig. Dus, geachte lezer, bij binnentreding van Kunstlinie, loop lekker door naar de zalen waar de kunstwerken staan en laat je verrassen door deze geweldige kunstenaressen.